Gedicht Hielke Houtsma: Het hoekhuis
Het hoekhuis
de ochtend was nog jong en stil
straten lagen er nog verlaten bij
de telefoon maakte een einde aan de rust
het was amper vijf minuten rijden
de motor zoemde zacht
in het wit gestoken staarde ik vol met gedachten naar buiten
het huis stond op de hoek
de in blauw gestoken mannen knikten bedroefd
een hoofdknik gericht op de open deur
ik mocht eerst, ik was groot
de trap was stijl en gebogen
aan de leuning kleefde bloed
daar lag zij naast haar bed gemept
haar hoofd onherkenbaar verminkt
het bloemetjes behang met rode vegen besmuikt
het laken gespreid, de riemen vast
de trap was steiler dan ik had gedacht
de straat was stil, een klep valt dicht
de motor zoemt, het hoekhuis verdwijnt
ik kijk naar buiten, en zie niet het bloed op mijn wit
Hielke Houtsma
Over het gedicht
Dichter Hielke Houtsma schrijft gedichten gebaseerd op heftige gebeurtenissen. Onderstaande gedicht valt ook binnen deze categorie.
Hielke Houtsma heeft jarenlang gewerkt als ambulance-medewerker en bij de brandweer. Hij is inmiddels met pensioen. Sinds een aantal jaren schrijft hij gedichten over de heftige gebeurtenissen waarmee hij als professioneel hulpverlener werd geconfronteerd. Bovenstaande gedicht gaat over een gebeurtenis tijdens zijn ambulanceperiode.
Gerelateerd: